Roze ouderschap

Voor de homo-emancipatie in Nederland op gang kwam hadden homoseksuele stellen vaak geen kinderen, ondank ze vaak wel een kinderwens hadden. Men was bang voor allerlei schadelijke gevolgen voor de kinderen. Daarom is dit meerdere malen wetenschappelijk onderzocht, waaruit is gebleken dat hier geen sprake van is. Gelukkig is er de laatste jaren veel veranderd, waardoor de juridische situatie van homoseksuele ouders is verbeterd. Steeds meer lesbische koppels, maar nu ook homo koppels en alleenstaanden vervullen hun kinderwens. 

• Weldoordachte keuze

Kinderen krijgen binnen een lesbische of homoseksuele relatie gaat gepaard met tal van keuzes. Vrouwen moeten bijvoorbeeld kiezen tussen een zaaddonor uit een kliniek of ziekenhuis, of voor een bekende donor. Mannen zullen bijvoorbeeld op zoek moeten gaan naar een vrouw (of vrouwenstel) die in een meerouderconstructie (co-ouderschap) samen met hen een kind wil(len) krijgen en opvoeden. Vanwege de ingewikkeldheid van dergelijke keuzes wordt verondersteld dat homoseksuele ouders veelvuldig hebben nagedacht over de redenen waarom zij kinderen willen. De GaybyBoom chat biedt ook mogelijkheid tot het uitwisselen van gedachten met andere leden. Schrijf je in om ook gebruik te maken van deze random chat.

Uit onderzoek naar de kinderwens bij het eerste kind onder lesbische vrouwen met kinderen (geboren na de coming-out) en onder heteroseksuele mannen en vrouwen bleek dat deze wens bij de lesbische moeders (zowel de biologische als de duomoeder) sterker was dan bij de heteroseksuele stellen. Ook gaven de lesbische moeders in vergelijking met de heteroseksuele stellen vaker aan dat zij voordat zij zwanger werden stil hadden gestaan bij de redenen waarom zij kinderen wilden. Deze gegevens wijzen erop dat voor homoseksuele stellen het krijgen van kinderen niet een vanzelfsprekendheid is, maar een weldoordachte keuze.

• Kinderen met roze ouders

In Nederland groeien ongeveer 25.000 kinderen op met roze ouders. Zowel uit Nederlands als uit Internationaal onderzoek blijkt dat kinderen van homoseksuele ouders weinig in hun gedrag en ontwikkeling verschillen van kinderen uit heterogezinnen.